Afrikaanse dans- Zumba - Streetdance -  of welke dansstijl dan ook - in de klas

Afrikaanse dans- Zumba - Streetdance - of welke dansstijl dan ook - in de klas

Afrikaanse dans, streetdance, zumba, jazz, modern, salsa, of welke dansstijl dan ook? Het is mogelijk om elke dansstijl uit te proberen!

Neem nu Zumba, het is eigenlijk een fitnessprogramma dat gebaseerd is op Latijns- Amerikaanse dans zoals de salsa, merengue, samba en cumbia. Maar waarom een leuke, frisse fitness dansles niet met de klas? De workshop bestaat uit allemaal verschillende, makkelijke danscombinaties en het doel ervan is om lekker te bewegen en lol hebben (want dat is immers de betekenis van zumba). Daarbij leren we ook nog het verschil tussen al deze Latijns- Amerikaanse dansstijlen.

Of neem nu Afrikaanse dans, jazz, streetdance, of modern? Wat voorop staat is: plezier in dansen! En ondertussen leer je ook nog iets over de verschillende dansstijlen, waar het vandaan komt, een beetje geschiedenis... Of wie weet wil je het allemaal gemixt hebben? In deze workshop is het allemaal mogelijk. 

Geschikt voor groep 4 tot en met 8. 

De workshop 'Zumba in de klas' wordt aangeboden door een dansdocent en tevens danstherapeut van Dansstudio Focus! 

Leerplankader

Oriënteren
(10 punten)
Onderzoeken
(20 punten)
Uitvoeren
(60 punten)
Evalueren
(10 punten)

De leerling kan zich binnen de context van het thema of onderwerp openstellen voor verschillende uitingen van kunst en cultuur. De leerling kan daarop reageren met associaties en herinneringen aan eigen ervaringen. De leerling kan daarover communiceren met anderen.

De leerling kan brononderzoek doen en vanuit dit onderzoek conclusies trekken die hij meeneemt in de uitvoerende fase. De leerling kan de betekenis die hij aan kunstuitingen geeft onderzoeken en een relatie leggen met de middelen die de maker heeft gebruikt, bijvoorbeeld beeldof klankaspecten, spel- of danselementen, technieken en materialen. De leerling kan experimenteren met technieken, materialen, verschillende media en nieuwe mogelijkheden uitproberen. De leerling kan onderzoeken op welke manier hij de opdracht kan gaan uitvoeren en kan een uitvoeringsplan maken. De leerling kan eigen criteria en de gegeven criteria van de opdracht benoemen. De leerling kan teruggrijpen naar de informatie en ideeën opgedaan in de oriëntatiefase.

De leerling kan zijn plannen uitvoeren (met behulp van vakspecifieke kennis en vaardigheden) en de uitvoering presenteren (individueel of samen met anderen). De leerling kan zijn keuzes motiveren en een relatie leggen met de onderzoeksfase. De leerling kan in het vormgevingsproces rekening houden met de gegeven en zijn eigen criteria. De leerling kan, daar waar relevant, samenhang benoemen tussen een beeld, dans, spel of muziek en/of andere vakken.

De leerling kan vertellen over het verloop van het werkproces. De leerling kan zijn waardering geven aan het eigen product en werkproces en dat van anderen. De leerling kan deze waardering beargumenteren en maakt daarbij gebruik van kennis en inzicht in verschillende uitingen van kunst en cultuur. De leerling kan oplossingen in het eigen werk vergelijken met die van kunstenaars. De leerling kan laten zien dat hij enige kennis en inzicht in de betekenis die kunst en cultuur, voor het dagelijkse leven van mensen van vroeger en nu, heeft.