Elke Muis is een held (4+) - ONLINE

Elke Muis is een held (4+) - ONLINE

Elke Muis is een held  is een avontuurlijke muziektheatervoorstelling vanaf 4 jaar. De voorstelling wordt op school gespeeld door twee (poppen)acteurs van Focus. In deze interactieve, muzikale poppenvoorstelling volgen we het verhaal van Muis.

Muis vindt zichzelf niet slim. Ze is niet groot, niet stoer en écht niet dapper. Eigenlijk is Muis heel onzeker. Want ze is best wel klein en voelt zich vaak alleen.
Muis weet niet zo goed hoe je vrienden moet maken. Ze is bang om het verkeerd te doen.

“In je eentje is de jungle héél groot en oersaai!”

Ze verveelt zich… Ze zou zo graag eens op avontuur. En vrienden hebben!

“Was ik maar als Leeuw. Hij is groot, slim en heel erg dapper. Iedereen kijkt tegen hem op!”

Met de hulp van de kinderen gaat Muis op avontuur, dwars door de jungle. Op zoek naar vrienden leert ze over de eigenschappen van de dieren en wat vriendschap is. Maar het avontuur loopt iets anders dan Muis had bedacht…

De voorstelling is geïnspireerd naar aanleiding van het boek “De muis in de leeuw” van Rachel Bright. Elke Muis is een held wordt nu online aangeboden! 
Vragen? Mail naar ragna@focusstudio.nl

Leerplankader

Oriënteren
(10 punten)
Onderzoeken
(40 punten)
Uitvoeren
(30 punten)
Evalueren
(20 punten)

De leerling kan actief luisteren naar (live) muziek uit een breed muziek(-theater) repertoire, aansluitend bij zijn belevings-wereld. De leerling kan kennisnemen van betekenissen die anderen aan muziek geven, waaronder de componist.

De leerling kan verschillen in klank en de vormaspecten herhaling en contrast in een breed repertoire van muziek herkennen en benoemen. De leerling kan muziekstukjes ontwerpen met (willekeurige) gebruikmaking van muzikale tegenstellingen, herhaling en contrast. De leerling kan zijn muzikale ideeën picturaal en grafisch weergeven en reproduceren.

De leerling kan zuiver, helder gearticuleerd en met expressie zingen in een omvang van c’-c’’. De leerling kan meezingen met een begeleiding. De leerling kent liedjes in meerdere talen en van diverse culturen. De leerling kan de maat en eenvoudige ritmische (begeleidings-) patronen uitvoeren. De leerling kan adequaat reageren op eenvoudige (lied)leidingsgebaren voor maat/puls. De leerling kan in groepsverband picturaal en eenvoudig grafisch genoteerde composities uitvoeren. De leerling kent de namen en speelwijzen van het schoolinstrumentarium en van enkele veelvoorkomende instrumenten van het pop- en (Westerse) klassieke instrumentarium. De leerling heeft bij het musiceren in groepsverband aandacht voor het samen zingen en spelen. De leerling kan (alleen en in groepsverband) een kort muziekstukje aan anderen presenteren.

De leerling kan (in overleg) muzikale keuzes maken en daarover vertellen. De leerling kan feedback geven op het werk(proces) van anderen. De leerling heeft enige kennis van de plaats van muziek in het leven van mensen van vroeger en nu.

De leerling kan aan de hand van een onderwerp/thema/voorstelling ideeën opdoen en dit als inspiratiebron gebruiken voor eigen dramatisch spel.

De leerling kan onderzoek doen naar de spelelementen wie, wat en waar. De leerling kan situaties uit zijn directe leefwereld of uit de media vormgeven in dramatisch spel en een verband leggen tussen een personage en een verhaal. Hij kan daarbij onderscheid maken tussen iemand anders spelen dan zichzelf. De leerling kan meerdere oplossingen bedenken bij het onderzoeken van een opdracht.

De leerling kan door te improviseren zelfstandig en spontaan oplossingen verzinnen. De leerling kan bewust de spelelementen wie, wat, waar in spel vormgeven. De leerling kan uiterlijke kenmerken van zijn rol bedenken en uitbeelden met gebruik van houding, gebaar, stem en taal. De leerling kan, binnen een gegeven kader, een scène met een duidelijke opbouw van begin – midden – eind voorbereiden en spelen. Hij kan daarbij in overleg met anderen keuzes maken en aangeven hoe hij gebruik heeft gemaakt van ideeën die hij heeft opgedaan in de onderzoeksfase. De leerling kan spelopdrachten uitvoeren, actief meespelen met de dramatische werkvormen: (vertel)pantomime, spelen met materialen, teacher in role, tableau vivant, improvisatiespel, afspreekspel, spiegelspel en dialoogspel uitvoeren en kan daarbij, onder begeleiding, onderscheid maken tussen speel- en publieksruimte. De leerling kan met een groepje een presentatie geven voor de eigen groep en/of een andere voor hem bekende publieksgroep.

De leerling kan vertellen over zijn vormgevingsproces en zijn (groeps-) presentatie en kan benoemen wat zijn rol is in de samenwerking met anderen. Hij kan zijn eigen keuzes onder woorden brengen. De leerling staat open voor feedback van anderen en kan dit waarderen.

De leerling kan door middel van dansante, muzikale en visuele bronnen associatief ideeën opdoen en dit als inspiratiebron voor eigen dans gebruiken.

De leerling kan binnen de context van de opdracht de danselementen tijd, ruimte en kracht onderzoeken en de uitdrukkingsmogelijkheden ervan verkennen. De leerling kan zelfstandig emoties uitdrukken in dans en onderzoek doen naar de mogelijke betekenis van dans in relatie tot zijn eigen ervaringen en gevoelens.

De leerling kan via dans reageren op de stemming van verschillende soorten muziek en snelle en langzame tempowisselingen in muziek herkennnen. De leerling kan enkele dansbegrippen, danspassen en stijlkenmerken vormgeven in dansbewegingen. De leerling kan met een groepje een danspresentatie geven aan de eigen groep en een bekende publieksgroep.

De leerling kan vertellen over zijn dans en het vormgevingsproces en benoemen wat zijn rol is in samenwerking met anderen. Hij kan zijn eigen keuzes motiveren. De leerling kan respect en waardering tonen voor de dansuitingen van een ander uit de groep. De leerling kan openstaan voor de feedback van een ander.