Kettingreactie, een workshop van Kaliber Kunstenschool
Je kijk met een kunstenaarsoog naar wetenschap en techniek. In veel kinetische kunstwerken is sprake van actie/reactie en oorzaak/ gevolg. Mechanica en kunst gaan hand in hand. We organiseren een kettingreactie en maken kennis met verschillende vormen van actie/reactie (lengte, weerstand, tijd) kracht en energie.
Oriënteren:
Wat wordt bedoeld met mechanica? Wat is eigenlijk kunst? En hoe kunnen die twee samenkomen?
Onderzoeken:
Eén van de mooiste voorbeelden dat mechanica en kunst hand in hand gaan is de film ‘Der Lauf der Dinge’ van de Zwitserse kunstenaars Fischli & Weiss. De film dient als introductie.
Uitvoeren:
De kinderen werken in kleine groepjes aan een kettingreactie-parcours. Bij de uitvoering ligt de nadruk meer op vindingrijkheid en creativiteit dan op het daadwerkelijk slagen van de kettingreactie.
Evalueren:
Welke van je eigen ideeën heeft goed uitgepakt en welke werkte toch niet? Welk idee van een ander groepje vond je er echt uitspringen?
De leerling kan zich binnen de context van het thema of onderwerp openstellen voor verschillende uitingen van kunst en cultuur. De leerling kan daarop reageren met associaties en herinneringen aan eigen ervaringen. De leerling kan daarover communiceren met anderen.
De leerling kan brononderzoek doen en vanuit dit onderzoek conclusies trekken die hij meeneemt in de uitvoerende fase. De leerling kan de betekenis die hij aan kunstuitingen geeft onderzoeken en een relatie leggen met de middelen die de maker heeft gebruikt, bijvoorbeeld beeldof klankaspecten, spel- of danselementen, technieken en materialen. De leerling kan experimenteren met technieken, materialen, verschillende media en nieuwe mogelijkheden uitproberen. De leerling kan onderzoeken op welke manier hij de opdracht kan gaan uitvoeren en kan een uitvoeringsplan maken. De leerling kan eigen criteria en de gegeven criteria van de opdracht benoemen. De leerling kan teruggrijpen naar de informatie en ideeën opgedaan in de oriëntatiefase.
De leerling kan zijn plannen uitvoeren (met behulp van vakspecifieke kennis en vaardigheden) en de uitvoering presenteren (individueel of samen met anderen). De leerling kan zijn keuzes motiveren en een relatie leggen met de onderzoeksfase. De leerling kan in het vormgevingsproces rekening houden met de gegeven en zijn eigen criteria. De leerling kan, daar waar relevant, samenhang benoemen tussen een beeld, dans, spel of muziek en/of andere vakken.
De leerling kan vertellen over het verloop van het werkproces. De leerling kan zijn waardering geven aan het eigen product en werkproces en dat van anderen. De leerling kan deze waardering beargumenteren en maakt daarbij gebruik van kennis en inzicht in verschillende uitingen van kunst en cultuur. De leerling kan oplossingen in het eigen werk vergelijken met die van kunstenaars. De leerling kan laten zien dat hij enige kennis en inzicht in de betekenis die kunst en cultuur, voor het dagelijkse leven van mensen van vroeger en nu, heeft.
Groep 3, Groep 4, BSO
Beeldend
Kaliber Kunstenschool
Kaliber Kunstenschool
workshop (één les)
90 minuten
bouwen, fantasie, vormen
Actief (kunst maken), Receptief (kunst kijken)
In de school, in eigen klaslokaal
In de eigen school
Nee
Inschrijven is momenteel niet mogelijk
30 leerlingen
€ 244,50
Kritisch, denken en buiten kaders denken, samenwerken.
Lesbrief is aanwezig.
Deze activiteit is geschikt voor speciaal basisonderwijs.
Ruimtelijk inzicht
Motorische ontwikkeling
Samenwerken
Visueel vermogen
Kunstzinnige oriëntatie 55: De leerlingen leren op eigen werk en dat van anderen te reflecteren.
Kunstzinnige oriëntatie 54: De leerlingen leren beelden, taal, muziek, spel en beweging te gebruiken om er gevoelens en ervaringen mee uit te drukken en om er mee te communiceren.
Oriëntatie op jezelf en de wereld 44: De leerlingen leren bij producten uit hun eigen omgeving relaties te leggen tussen de werking, de vorm en het materiaalgebruik.
Oriëntatie op jezelf en de wereld 45: De leerlingen leren oplossingen voor technische problemen te ontwerpen, deze uit te voeren en te evalueren.
Rekenen/wiskunde 32: De leerlingen leren eenvoudige meetkundige problemen op te lossen.
Rekenen/wiskunde 33: De leerlingen leren meten en leren te rekenen met eenheden en maten, zoals bij tijd, geld, lengte, omtrek, oppervlakte, inhoud, gewicht, snelheid en temperatuur.
Oriëntatie op jezelf en de wereld 42: De leerlingen leren onderzoek doen aan materialen en natuurkundige verschijnselen, zoals licht, geluid, electriciteit, kracht, magnetisme en temperatuur.