Expositie voor kinderen: Vlieg- en kunstwerk

Expositie voor kinderen: Vlieg- en kunstwerk

Grote kunst voor kleine mensen. Dat is de ondertitel van de expositie die Concordia één keer per jaar speciaal voor kinderen ontwikkelt. Met een groepsexpositie van actuele Nederlandse beeldende kunst in uiteenlopende disciplines, laten we kinderen zien en beleven hoe mooi kunst kan zijn, en wat het toe kan voegen in je leven. Altijd al uitvinder willen zijn? Of kunstenaar willen worden? En het liefste allebei? Bij Concordia kan het: in de nieuwe expositie voor kinderen laten we zien dat uitvinders en kunstenaars niet zo veel van elkaar verschillen en kan je er zelf eentje worden. In Vlieg- en kunstwerk zie je bijzondere uitvindingen, kunstenaars die uitvinden en uitvinders die kunstwerken maken. 

Na de interactieve rondleiding gaan de leerlingen aan de slag in een workshop. Er zijn 3 verschillende workshops ontwikkeld voor onderbouw, middenbouw en bovenbouw. Het is ook mogelijk om dit project met de hele school af te nemen.

Voor groep 1/2/3 is de workshop 'Vissen zwemmen in oerverf' ontwikkeld. Hoe zou je verf maken als je deze niet in de  winkel kon kopen? De oude meesters schilderden met eitempera, dat klinkt alsof je het kunt eten. Wij vinden zelf uit hoe je met levensmiddelen verschillende kleuren verf kunt maken. Wij onderzoeken, mengen, verpulveren en roeren onze eigen verf aan. Vroeger schilderden en tekenende mensen op rotswanden. Wij doen dat met onze vingers op grote, lange stroken papier aan de wand. Heb je wel eens een bontgekleurde vis, schaatsend  over het ijs zien glijden of een olifant die met en motor op zijn rug naar zijn boomhut vliegt? Experimenterend met zelfgemaakte verf, zoeken wij vormen en variëren met simpele tekens, zodat er meer zelfbedachte situaties op onze muurschildering ontstaan.

Voor groep 5/6 is de workshop 'Ik wil vliegen' ontwikkeld. De leerlingen kruipen in de huid van uitvinder en kunstenaar. Na een korte introductie over o.a. de kunstenaar Panamarenko gaan de leerlingen  een (vlieg)machine ontwerpen/uitvinden waarin niet de functionaliteit maar vooral het creatieve proces van belang is.

Voor groep 6/7/8 is een theaterworkshop ontwikkeld, genaamd 'Uitvinders in het theater'. Hierin gaan de leerlingen als uitvinders aan de slag met theater: Hoe zou het zijn als je klasgenoten veranderen in een machine? Kun je de robot van Da Vinci tot leven brengen. Hoe zou jij je voelen als je de eerste helikopter had uitgevonden? En hoe maak je een toneelscène met een écht kunstwerk als decor? Met oefeningen als: 'een kort moment van', 'de machine' en 'beeldhouwen in het theater' een toffe theaterworkshop vol experimenten voor jonge onderzoekers. Kernwoorden: samenwerken, transformeren, emoties, beweging, onderzoeken.

Impressie van de expositie vorig jaar: https://www.youtube.com/watch?v=6DrZ4zqfptw

Leerplankader

Oriënteren
(30 punten)
Onderzoeken
(20 punten)
Uitvoeren
(40 punten)
Evalueren
(10 punten)

De leerling kan zich binnen de context van een betekenisvol thema of onderwerp openstellen voor beeldende vormgeving en beeldende kunst (autonoom en toegepast) en waar relevant in samenhang met andere kunstdisciplines. De leerling kan in een beeldbeschouwings-gesprek betekenis, beeldaspecten en materialen en technieken met elkaar in verband brengen. Hij kan de eigen betekenisgeving spiegelen aan die van anderen en daarbij openstaan voor andere ideeën.

De leerling kan zelfstandig (individueel of in groepjes) bronnenonderzoek doen en aspecten van wereldoriëntatie, beeldende vormgeving en beeldende kunst (waaronder cultureel erfgoed ) gebruiken als inspiratiebron voor beeldend werk. De leerling kan experimenteren met de samenhang tussen onderwerp, beeldaspecten en materialen en technieken en verschillende mogelijkheden uitproberen. De leerling kan zelfstandig onderzoeken op welke manier hij de beeldende opdracht kan uitvoeren en een uitvoeringsplan maken, individueel of samen met anderen. Hij kan daarbij rekening houden met de criteria van de gegeven opdracht en zijn eigen criteria.

De leerling kan (individueel of in een groep) zijn plannen uitvoeren en gebruik maken van zijn kennis van beeldaspecten en materialen en technieken en ideeën uit de onderzoeksfase om de zeggingskracht van zijn werk zo groot mogelijk te maken. De leerling kan tijdens het vormgevings-proces rekening houden met de gegeven en eigen criteria (individueel of als groep). De leerling kan waar relevant samenhang in zijn werk benoemen tussen beelden, dans, muziek, drama, taal en de wereldoriënterende vakken.

De leerling kan vertellen over het verloop van het werkproces en zijn werk vergelijken met de criteria van de opdracht en zijn eigen criteria (individueel en als groep) en daarbij aangeven wat een mogelijke vervolgopdracht zou kunnen zijn. De leerling kan zijn waardering beargumenteren en maakt daarbij gebruik van zijn kennis en inzicht in de beeldende, en andere kunstzinnige disciplines en cultureel erfgoed. De leerling kan laten zien dat hij enige kennis en inzicht heeft in de betekenis van beeldende kunst en cultuur (waaronder cultureel erfgoed) in het dagelijks leven van mensen vroeger en nu.